Er is geen vuiltje aan de lucht als we onze geliefde
webslingeraar tussen de gebouwen van New York zien zwieren, als een Tarzan door
een stalen jungle met lianen van spinrag. Geschoten op de rug of vanaf de borst
(en
helaas weer niet vanuit zijn eigen ogen!) zijn het mooie plaatjes die je op
een stripachtige wijze het energieke en opwindende gevoel geven hoe het moet
zijn om zelf door die straten te vliegen, alsof je in een virtuele achtbaan zit.
En als er dan een vuiltje is, in de vorm van de lompe boef Aleksei Sytsevich
(die later Rhino zal worden), vindt er een korte en olijke zuivering plaats die
je doet denken aan de opmerking uit de trailer (die dan weer
niet in de film zit): “You what it is I love about being Spider-Man?
Everything!”.
Dan hebben we de inleiding gehad en begint het echte werk,
namelijk het achtergrondverhaal van Peter Parker’s vader Richard, alledaagse strubbelingen
met Aunt May, een break-up met Gwen Stacy die nooit van de grond komt en
natuurlijk nieuwe vijanden, waarvan er maar liefst drie worden geïntroduceerd
en die dus allemaal een ‘origins’ verhaal moeten hebben. Peter’s vriend Harry
Osborn wordt de Green Goblin, Oscorp medewerker Max Dillon wordt Electro en die
Russische lompe boer uit het begin wordt dus Rhino. Helaas laat de echte actie,
de gevechten tussen Spidey en de schurken, veel te lang op zich wachten.
Eigenlijk krijgt Electro als enige de aandacht die hij verdient. Een
interessante schurk die door een tragisch ongeval (duh!) bestaat uit elektriciteit,
wat in de film prachtig is vorm gegeven. Het gevecht tussen hem en Spider-Man behoort
tot één van de hoogtepunten en ziet er schitterend uit. Direct daarop volgt het
gevecht met de Goblin (gelukkig niet verscholen achter een masker, zoals in de
versie van Raimi) en als mosterd na de maaltijd mag Rhino zijn opwachting
maken, hoewel dat nauwelijks uit de startblokken komt.
Het is een kunst om meerdere schurken (en/of superhelden)
tegelijkertijd in één film de aandacht te geven die ze verdienen. In The
Avengers of X-Men
is dit goed gelukt. Bij deze tweede Spinneman een stuk minder. Rhino hangt
er als een wormvormig aanhangsel bij en eigenlijk worden Electro en The Green
Goblin na te lang wachten te snel overmeesterd. New York en zijn inwoners zijn
nauwelijks in gevaar en de woede richt zich bijna alleen tegen Spider-Man zelf.
Gelukkig is daar nog de onverwachte kanteling, die de boel op een geheel andere
manier op scherp zet.
The Amazing Spider-Man
2 moet net als het eerste deel toch opboksen tegen de trilogie van Sam
Raimi. Dat begint met de keuzes van de schurken. In deel 1 kwamen ze op de
proppen met The Lizard die in menselijke vorm wel interessant was, maar als
geschubde villain heel wat minder. Trouwens, ook hier was het uiteindelijke
hoogtepunt voorbij voordat je er erg in had. Deel 2 heb ik net besproken,
waarbij Electro de meest interessante is en we The Green Goblin al bij Raimi
zagen. Vooruitkijkend naar een volgend deel, zien we het pak van Doctor Octopus
in de geheime ruimtes van Oscorp hangen en wordt Felicia (Hardy) geïntroduceerd
als assistente van Harry Osborn. Die eerste kennen we ook al via Raimi, maar
Felicia Hardy (a.k.a. The Black Cat) kan voor leuke grijstinten zorgen, zoals
Catwoman dat voor Batman doet.
We zullen zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten