Pépé Doornbos, Marketing & PR van P60 te Amstelveen
stuurt me het volgende mailtje: Gefeliciteerd,
jij (en je vrouw natuurlijk) mogen vanavond bij de kleedkamersessie van Jon
Auer en Ken Stringfellow zijn! De sessie begint om 7 uur, dus als je om 18:45
aanwezig kunt zijn zou dat top zijn. Je kunt gewoon bij ons aanbellen (want we
zijn dan officieel nog niet open). Tot vanavond! Ik ontvang het nog net
voordat ik op weg ga naar Amsterdam om de film Whiplash te kijken, waarna ik verder zal reizen naar Amstelveen. Wat
een te gekke verrassing! Zo levert het meedoen aan een prijsvraag nog eens wat
op.
Op de afgesproken tijd bellen we aan en doet een meisje
open. Op de magische woorden ‘Posies’ en ‘kleedkamersessie’ gaat de deur
volledig open en mogen we naar binnen, waar al een andere gelukkige winnaar
staat te wachten. We worden naar het lege café op de eerste verdieping geloodst
alwaar we koffie en thee aangeboden krijgen. Hier zullen we worden opgehaald.
We maken kennis met die andere gelukkige, Berend, die meer dan The Posies met
mij gemeen blijkt te hebben in smaak (François
Bourgeon!), waarna er zich nog twee prijswinnaars uit Brabant bij ons
voegen. Dit superkleine groepje van vijf personen wordt opgehaald door een
ander – Engelssprekend – meisje dat ons de trap op naar boven, door de zaal,
via de doorgang links naar het ‘backstage’ gebied brengt naar een kleedkamer
aan het einde van de gang, waar Ken en Jon al op ons staan te wachten met
gitaar in de aanslag. We nemen plaats op een bank en twee stoelen in de vrij
donkere kamer die vanuit de hoek wordt verlicht door de bekende gloeilampen om
een spiegel. Verder zijn de enige lichtpuntjes die van een open haard en een
kandelaar, hoewel ook daarvan het licht elektrisch is. Het duo laat er geen
gras over groeien en zet meteen Believe
In Something Other (Than Yourself) in, dat afkomstig is van hun debuut
album, waarover Ken vanavond nog veel spreken, op zijn eigen grappige wijze.
Meer privé dan dit zal ik het niet gauw meer meemaken. De mannen staan een stap
van me verwijderd en hun spel en prachtige samenzang doordringen mijn nog wat beduusde
brein. Ze komen ontspannen over en in de minuut of twintig die het mini concert
duurt spelen ze onder meer Ontario, Dream All Day, I Am The Cosmos en Throwaway. Ze gooien er ook nog ergens een stukje Venus in en Ken zingt tijdens Ontario “where should we go, to Venlo?”.
Nu heb ik een camera mee, maar voel me bezwaard om die uit mijn zak te halen en
foto’s te maken en/of te filmen. Dus neem ik mij voor om te vragen tussen twee
nummers door of ze daar bezwaar tegen hebben. Daar laten ze echter geen ruimte
voor en dus is het goed dat ik mijn stoute schoenen aan heb en alsnog wat
vastleg van dit onvergetelijke moment. En als ik die schoenen toch aan heb,
waarom dan niet om een verzoekje vragen? “Sure”, zegt Ken. Maar als ik Earlier Than Expected vraag zegt hij dat
ze dit vanavond al spelen. Een ander nummer misschien? Het koppel uit het
zuiden des lands roept uiteindelijk een songtitel van hun laatste album dat vervolgens
wordt gespeeld: Plastic Paperbags. Na
afloop bieden ze ons een biertje aan en een vriendelijke handdruk en gaan we
volledig voldaan terug naar beneden, waar we nog even napraten en opschrijven
welke nummers zo ook al weer allemaal hebben gespeeld. We zijn een zeer
bijzondere ervaring rijker.
Het voorprogramma is net
als vorig jaar genaamd Some Weird Sin,
maar speelt zoals zangeres Lindy ons laat weten voor het eerst akoestisch en voor
het eerst tegenover zittend publiek. Tsja, het aantal verkochte kaarten is beperkt
gebleven tot een stuk of vijftig schat ik, waardoor men heeft besloten de zaal
te vullen met tafeltjes en stoelen uit het café, om het geheel een wat
gevuldere aanblik te geven. Niets mis mee gezien de opzet van dit concert en we
kunnen dus al zittend genieten van de muziek. Het feit dat ik niet meer wist
dat ik deze band vorig jaar ook al heb gezien zegt wel iets over de indruk die
ze achter lieten. Ook nu zorgt hetgeen ik hoor er niet voor dat ik dit trio
verder wil uitchecken. Niet dat ze slecht spelen of zo, maar het maakt niets in
mij wakker, zeg maar.
Na een half uurtje ruimen ze het podium leeg, dat door een
zwart doek is verkleind, maar er is op speelse manier ruimte open gelaten om de
lichteffecten er van achteren door te laten. Jon en Ken komen op en maken een
begin met een set die maar liefst twee uur gaat duren. Dat begin is echter een
vrij lange monoloog van Ken die tussen een hoop onzin door o.a. vertelt dat ze
ooit als twee jongens met akoestische gitaren op een kamer zijn begonnen en via
hun wilde optredens nu weer (even) terug komt naar die pure rustige opzet. Er
worden wat nummers gespeeld van hun eerste album, dat Ken gebruikt als
terugkerende cliffhanger in zijn verhaal dat hij in stukjes vertelt over dat
dit album niet verkrijgbaar was in Nederland en dat dit zo jammer is, dat er
een re-release zou moeten komen, etc. Zo komt Compliment? voorbij,
met een heerlijk flauwe grap over een Tom Jones syndroom als inleiding. Het
(komische) duo dat al zo lang met elkaar optrekt is volledig op elkaar
ingespeeld en het ene mooie liedje na het andere wordt overtuigend over ons
uitgestrooid, met een hoop grappen tussendoor uit de hoge hoed van Ken. Zo
erkent hij het feit dat ze al zo lang mee gaan en ouder worden. Als een band
zijn tijd van ‘young’ en ‘frisky’ zijn achter de rug heeft en maar lang genoeg
door gaat, zijn ze hun eigen ‘tribute’ band. Daarnaast spreekt hij de hoop uit
dat hij de vele teksten zal kunnen onthouden. Op een ander moment komt er een
heel verhaal over hoe de sound klonk als bij een optreden van Pink Floyd
tijdens een specifiek optreden in Canada. Totale nonsens, maar des te leuker. Muzikaal
gezien wordt mijn favoriete album Frosting
On The Beater niet vergeten en komen 20 Questions, het
dromerige Lights Out en Earlier Than Expected voorbij.
Je hoort hoe mooi de liedjes zijn, die ook met slechts twee gitaren en
evenzovele stemmen prima tot hun recht komen. Ken laat ons nog even weten wat
een druk baasje hij is en vertelt dat ze drie dagen geleden een leuk optreden
hadden met Big
Star in Athens, Georgia, waarna hij meteen daarna aan het werk ging met Gretchen’s
Wheel om dan door te vliegen naar Nederland, waar hij er achter kwam dat
hij zijn kleding al zoveel dagen aan had en dat het tijd werd om het weer eens
te strijken. “Vandaar dat het zo stijf voelt”, zegt Jon alsof hij een eureka
momentje heeft. Als laatste nummer spelen ze een klein en breekbaar gehouden Flavor Of The Month.
Een toegift, natuurlijk! Misschien is de zaal niet goed
gevuld, maar de mensen die er zijn waarderen alles ten volle. Wel jammer van
die twee vlak achter mij die de godganse tijd zitten te ouwehoeren, ook door de
nummers heen. Als eerste spelen Jon en Ken een fantastische uitvoering van Everybody Is A Fucking Liar, met Ken op
toetsen, waarna Jon de spotlight neemt in het magische Coming Right
Along. Beide mannen bedanken ons nog en Ken kan het niet laten om een
vervolg te verzinnen op de Pink Floyd grap, dit keer over de Staind & Puddle
Of Mud tour in Paraguay en dat Krezip er alles aan deed om de bands te stoppen
om te spelen. Ook de ‘running gag’ over dat eerste album krijgt een te
verwachten staart met de mededeling dat het aan het einde van de show verkocht zal
worden aan het tafeltje achterin de zaal, waar de mannen zelf acte de présence
geven. Dan volgt het laatste nummer…
Een mooie avond en wat heerlijk dat ik die oordoppen weer
eens uit kon laten!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten