woensdag 4 april 2012

Florence And The Machine - Paradiso Amsterdam, 1 april 2012



“Maar ze weet bovenal het publiek te betoveren met haar ongelooflijke stem. Valt er nog iets aan af te dingen dan? Ok, als ik heel eerlijk ben maakt ze wel erg vaak gebruik van lange halen in dezelfde toonhoogte. Iets dat kan gaan vervelen en dat is helemaal niet nodig. In de beperking toont zich de meesteres. En dat zal ze ongetwijfeld gaan worden. Waarschijnlijk in veel grotere zalen dan deze. Over zoveel jaar kan ik dan pochen dat ik haar nog in de Melkweg heb gezien”.

Dat schreef ik over haar concert van 8 oktober 2009. Het heeft iets langer geduurd maar de voorspelling komt uit: op 24 november staat ze in de HMH. Na haar vorige concert in Paradiso ging ze de rest van wereld aan haar blote voeten leggen. Er volgde een nieuwe cd Ceremonials en een bijbehorende tournee met toch eerst Paradiso weer als een soort van afscheid aan hetgeen ze duidelijk is ontgroeid: een kleine zaal. Toch moest ik er even over nadenken, of ik haar nog een keer wilde zien. Dat had voornamelijk te maken met de nieuwe cd die me niet echt bij de lurven neemt. Maar ik ga er vanuit dat ze dat live wel gaat doen…

Laten we bijtijds weg gaan, zodat we een mooie zitplaats uit kunnen zoeken. Dan moeten we dus wel rond de openingstijd van de zaal aanwezig zijn. Dat zijn we en dat zijn er heel veel met ons. Dit heb ik nog niet eerder meegemaakt. De rij loopt van de voordeur van de poptempel via de hoek van de straat, waar een dranghek staat om de verwachtingsvolle rij mensen de bocht om te loodsen richting het Max Euweplein. De rij gaat nog net niet de brug over het Vondelpark in, maar het scheelt niet veel. We sluiten netjes achteraan. Verderop spelen wat mensen een potje schaak met de supergrote stukken (ter nagedachtenis aan de man wiens naam dit plein draagt). De sfeer in de rij is gemoedelijk. Twee meiden voor ons maken van de nood een deugd en bestellen twee bier bij het café. Die moeten ze opeens heel snel opdrinken (en de glazen weer inleveren) als de rij met rasse schreden voorwaarts gaat. Het duurt al met al niet zo heel lang voordat we binnen zijn, alwaar alle goede zitplaatsen op het eerste balkon wel al bezet zijn. Eén verdieping hoger dan maar en daar blijkt het uitzicht op zich ook prima.


Het voorprogramma Spector begint netjes op tijd. Ik ga er niet te veel woorden aan spenderen, want ik vond het vreselijk. Ze schurken dicht aan tegen nog zo’n vreselijke Britse band genaamd Pulp, die furore maakte in de jaren ’90. Afgezien van het feit dat de muziek niet aan mij is besteed, is het grappen niveau van zanger Frederick Macpherson zeer puberaal. Natuurlijk vergeet hij niet de naam van de hoofdact vele malen te laten vallen, wat altijd wel een applaus oplevert. Makkelijk scoren heet dat.

Spector gaat ‘exit stage left’, hun instrumenten worden geruimd, de zwarte doeken gaan van de reeds klaarstaande instrumenten van Florence, een man test kort haar microfoon, waarna hij terug komt om die met een doekje af te nemen en er komt een man met een stofzuiger het podium op om de vloer ‘bare feet compatible’ te maken.

Florence komt op in een groot wijds zwart gewaad. Ze is een hogepriesteres in een kerk vol trouwe volgelingen die ze toe zal gaan zingen, vol weidse gebaren, theatrale bewegingen en een galmende stem die alle andere instrumenten doen verstommen. Nou ja, figuurlijk dan. Want haar band is ondertussen ook flink uitgebreid. Drums, bas, percussie, harp, achtergrondzang, twee maal toetsen en een gitarist vullen alle muzikale gaatjes die er nog te vullen waren. Wat het doseren van haar stem betreft zit het gelukkig goed. De overkill van de lange uithalen blijft beperkt. De set bestaat voor het grootste deel uit songs van Ceremonials, waarbij ik meteen aanloop tegen het probleem dat ik de boel op de helft een beetje in vind kakken. Dat heeft te maken met het feit dat ik een aantal nieuwe songs gewoon minder interessant vind. Dat vond ik bij haar debuut ook al, maar dat zijn er met Ceremonials in verhouding nog meer geworden. Een nummer als Cosmic Love laat de haren op mijn arm echt wel overeind staan. Van de nieuwe cd is What The Water Gave Me zeer sterk. De zaal komt goed op stoom als Florence het volk aanmaant te springen op Dog Days Are Over, maar daarna komt de akoestische gitaar te voorschijn en volgen nummers als Heartlines en Leave My Body, die gewoon minder boeien. Florence doet ondertussen haar uiterste best, neemt poses aan waarbij haar handen en blik reiken naar een ongrijpbare plek in de lucht of ze loopt gedreven heen en weer alsof ze een masterclass van Ozzy Osbourne heeft gehad. Ze vertelt een mooi verhaal over een eerder concert in Amsterdam, waarbij ze wat paddo’s had gegeten en overal mooie dingen zag tijdens het optreden die er eigenlijk niet waren. Ze laat ons weten dat we een speciale plek bij haar innemen en dat ze blij is dat ze haar Europese tour hier af kan sluiten. Het onvermijdelijke You’ve Got The Love en Rabbit Heart volgen natuurlijk en de toegift bestaat uit Never Let Me Go en No Light No Light (check zeker dit YouTube kanaal met prachtige opnames).

Florence heeft haar pad wel gevonden. Hoewel ze zichzelf in een hokje lijkt  te hebben geplaatst, waar haar songs eenduidiger worden (waar haar debuutsingle Kiss With A Fist niet meer bij past) en haar image met een art nouveau sausje wordt overgoten, zou het zo maar kunnen zijn dat ze het over een tijdje over een heel andere boeg gaat gooien. Dus ja, ik blijf haar wel volgen, maar nee, ik ga niet naar de HMH, want na drie concerten vind ik het wel mooi zo. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten