donderdag 17 april 2014

The Machine


Er is iemand aanwezig van het Rathenau Instituut, alwaar men zich bezig houdt met onderzoek en debat over wetenschap en technologie. Hij doet een inleidend praatje over de film. War Games was een van de eerste films die een serieuze discussie in Amerika op topniveau tot stand bracht over hacking, waarna maatregelen werden getroffen. Met de opkomst van kunstmatige intelligentie staat men ook stil bij wat intelligentie nu eigenlijk is. Er bestaat een zogenaamde Turingtest (lees ook zeker even het stuk over de tegenhanger de Chinese Kamer) die aan de hand van de antwoorden op vragen die gesteld worden aan zowel een computer als een mens moet bepalen wie de computer en wie de mens is. Deze test zit trouwens letterlijk in de film. Je bent op internet ook vast wel eens de zogenaamde ‘captcha’ (completely automated public Turingtest to tell computers and humans apart) tegen gekomen, waarbij je een code in moet vullen die alleen door mensen te lezen is om verder te komen. Dit om te voorkomen dat een computer toegang krijgt. De mens kan dom zijn, fouten maken, irrationeel reageren, of op gevoel. Het zijn de emoties die de mens menselijk maken. Er bestaat nu zoiets als ‘affective computing’, waarbij computers menselijke emoties kunnen herkennen, interpreteren, verwerken en nabootsen. De grote vraag is of we dit wel willen. Er komt nog iets geheel anders bij kijken. Kan de mens gevoelens ontwikkelen voor een robot. Uit een experiment blijkt dat mensen een robot toch als een sociaal wezen zien. Het komt uit een basaal empatisch niveau. Of een stap verder, kun je zelfs gevoelens van liefde ontwikkelen voor een robot? De mens en technologie krijgen steeds hechtere verbanden. De robot wordt steeds meer mens, maar de mens wordt ook steeds meer robot, met de techniek die in hem wordt geplaatst. Eén van de belangrijkste vragen blijft welke beslissingen mogen robots zelf maken en welke beslissingen moeten altijd door een mens genomen blijven worden.

Het is een interessante inleiding die je extra scherp houdt bij het kijken naar de film, merk ik.

Ergens in de toekomst is er een koude oorlog gaande tussen Groot Brittannië en China. Machines worden steeds belangrijker. Vincent is een ingenieur die zich bezig houdt met de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie in een machine. De techniek moet zelf bewust zijn. Het leger wil dit gebruiken om het bewind in China aan te pakken. Vincent ziet het echter als een geheime kans om zijn zieke dochter te helpen. In de jonge Ava wordt een vrouw gevonden die heel ver is met de ontwikkeling van zelfdenkende technologie. Doel is om geavanceerde protheses d.m.v. die techniek om te toveren van losse onderdelen naar een werkend geheel. Maar natuurlijk zijn er geheime agenda’s.

De opbouw van de film is zeer interessant en goed onderbouwd. Mensen krijgen een gezicht, alsook de robot die wordt gemaakt. Daarnaast wordt je constant geconfronteerd met vragen en ethische kwesties die verband houden met wat we in het inleidende praatje hebben gehoord. Zo bestaat er de mogelijkheid van een hersenimplantaat, waardoor zwaar gewonde militairen weer kunnen functioneren, maar toch eerder als robot dan als mens. Hoewel ook daar nog een laag onder zit in de film, die van belang is. Ook komt de kwestie van het krijgen van gevoelens voor een robot aan de orde. Wat wil je, als die er zo uit ziet als dit prototype! Maar gelukkig wordt dit nergens ‘cheesy’ en blijft het realistisch. Ook interessant is de vraag of een zelflerende machine vooraf geïmplanteerde opdrachten, bevelen, kan gaan negeren door de evolutie die het doormaakt. Natuurlijk verwacht je actie en die komt er ook, maar dat is niet het belangrijkste in de film, die trouwens ook nog eens prachtig is vorm gegeven. De manier waarop de robot vanuit zichzelf oplicht is fenomenaal gedaan. Dat er links zijn met andere films, zoals Blade Runner met o.a. zijn Voight-Kampff Test en Terminator 3 met de vrouwelijke machine, is niet erg, omdat deze film een geheel eigen karakter heeft.

Qua spel wil ik zeker Caity Lotz een veer in haar (kunstmatig intelligente) kont steken. Ze gaat namelijk van innemende vrolijke wetenschapper, via een robot die een soort kinderlijke kijk op de wereld heeft, naar een doelmatige vechtmachine. Dat je als kijker gevoelens voor haar krijgt is niet zo gek. Maar dat je het ook niet fijn vindt als een andere belangrijke robot het veld moet ruimen deed me stil staan bij waar het hem dan in zit bij het krijgen van die gevoelens. Volgens mij zit dat ook grotendeels in je besef van goed versus slecht. Laat die goede robot leven en die slechte mens sterven. Basale empathie.  


Stemoordeel: zeer goed

Geen opmerkingen:

Een reactie posten